Oneindig Noord-HollandBeleef de geschiedenis van jouw provincie

Langs maritieme plekken

De archeologieroute op Texel staat in het teken van het maritieme verleden van het eiland.

De archeologieroute op Texel staat in het teken van het maritieme verleden van het eiland. Veel archeologie in de Texelse bodem heeft een relatie met scheepvaart of met de zee. Ook het landschap laat sporen zien van de veranderingen die de zee bewerkstelligde. De zee is nooit ver weg. Dat was in het verleden op sommige plekken nog minder het geval. Dorpen als De Westen, Den Hoorn en Oosterend waren door geulen met de zee verbonden, geulen die in de loop der tijd verzandden. Aan de oostzijde van Texel had zich namelijk een metersdik veenpakket gevormd. Om dit gebied te ontginnen groef men sloten waardoor het veenpakket werd ontwaterd. In de loop van de twaalfde en de dertiende eeuw verdween het door inklinking en oxidatie. Daardoor ontstond de Waddenzee.

Texel zoals wij dat nu kennen bestaat eigenlijk pas sinds 1835 toen de Eierlandse polder droogviel. Rond 1629 ging men het zeegat tussen de eilanden Texel en Eierland dichten met de aanleg van een zanddijk. Tussen beide eilanden lag een kweldergebied dat regelmatig onder water liep en waarvan de uitlopers tot diep in het zuidelijk deel van het eiland doordrongen. Het zuidelijke eiland vormt de kern van Texel. Het is het oudste gedeelte en wordt gekenmerkt door keileembulten, verhogingen in het landschap, die werden opgestuwd door het landijs tijdens de voorlaatste ijstijd. Nadat het ijs zich terugtrok en de zeespiegel steeg bleven deze verhogingen droog tijdens stormvloeden, die wel bezit namen van de lager gelegen delen. Het is niet verwonderlijk dat zich hier tijdens de middensteentijd (8000-4500 voor Chr.) de eerste bewoners vestigden. Archeologisch onderzoek heeft hiervoor de nodige aanwijzingen opgeleverd.

Op deze hoogten ontstonden ook de eerste dorpjes. Veel van de kreken die als haven dienden voor de kleine scheepjes verzandden in de loop der tijd. Soms verdween dan ook het dorp dat zijn bestaan dankte aan zo’n kreek. Deze plekken met een maritiem verleden zijn in de route opgenomen. Dat geldt ook voor plekken met een indirecte maritieme relatie en andere archeologisch interessante plekken. De meest prominente hoogte van het eiland is het Bergje dat in de volksmond de Hoge Berg wordt genoemd. Vergelijkbare keileemafzettingen zijn te vinden op de eilanden Wieringen en Urk en in Gaasterland.

De route begint en eindigt in Den Burg, maar kan natuurlijk overal van start gaan. Vanaf de aanlegplaats van de veerboot bij ’t Horntje kan eenvoudig bij de route worden aangehaakt. Na Den Burg gaat het langs verdwenen dorpen in het westen van Texel. Hierna volgt de route de oostkant van het eiland tot aan Nieuwe Schild en Oosterend. Bij De Waal steken we het eiland over via oude dijkjes, de Bomendiek en de Burgerdijk. Deze vormen de noordelijke grens van het zuidelijk deel van het eiland. De route beperkt zich dus tot het oudste gedeelte van het eiland.

Vondstmateriaal van de plekken langs de route is te vinden bij Kaap Skil in Oude Schild, bij de Historische Vereniging Texel in Den Burg en vanaf januari 2015 in Huis van Hilde, archeologiecentrum Noord-Holland.

Deze route is gemaakt in opdracht van de Provincie Noord-Holland en het Huis van Hilde.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie.

Plaats een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Vereiste velden zijn gemarkeerd met *. Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.