Funderingen van kasteel Nuwendoorn, opgraving jaren ’60
Funderingen van kasteel Nuwendoorn, opgraving jaren ’60
Als we dan nu over het dijkje lopen dat na 1320 werd vervangen door de punt in de Westfriese Dijk, zoals we die zien liggen, kun je je afvragen waar dan die haven gelegen moet hebben. Met veel fantasie stellen we ons in die nu groene Zijpe een brede kronkelende getijdenstroom voor, te midden van bijna onafzienbare wadvlakten die bij storm en extreem hoog water onderlopen. Dat betekende dat als er al een haven was, deze aan een heel lange steiger of aan een heel lange dam moet hebben gelegen. Alleen bij vloed kon je varen, bij laagwater lagen de schepen aan de grond. We zouden ons ook kunnen voorstellen dat het zuidelijk deel van de punt in de WF Dijk een lange strekdam is geweest. Door de afdamming van de Rekere, de rivier die oorspronkelijk tot voorbij Alkmaar stroomde (denk maar aan het kronkelende verloop van het Noordhollandsch Kanaal bij Koedijk), slibde de Zijpe heel snel dicht en werd het steeds moeilijker om het water op diepte te houden voor de scheepvaart. In 1320 zou de strekdam bij het kasteel dan verbonden worden met de dijk ten Noorden daarvan en zou daardoor de veiligheid van de soldaten in het huis vergroten.Al heel vroeg gaf de Hollandse Graaf het beheer van het kasteel over aan Jan van Polanen, die er voor moest zorgen dat er te allen tijde een bezetting van vijftien soldaten gelegerd was. Die zullen in de grote woontoren gewoond hebben, want verder waren er geen gebouwen van enige omvang op het kasteel. De voorburcht was bedoeld voor burgers en hun vee, zodat zij daar in tijden van gevaar een veilig heenkomen konden vinden. Voor zover we weten heeft de voorburcht nooit als zodanig dienst gedaan.
Aangekomen bij het kleine museum van Surmenhuizen, een oude naam die mogelijk afkomstig is van ‘Suderhem’ woonplaats aan de zuidzijde, staan we inderdaad in het zuiden van het eigenaardige en bijzondere dorp Eenigenburg. Volgens de Eenigenburgers heeft er op de grote terp ooit een kasteel gestaan, maar twee kastelen zo dicht bij elkaar is toch wel heel vreemd. De grote stenen die in de terp zijn gevonden, zijn waarschijnlijk afkomstig van een voorganger van de dorpskerk. Die staat nu apart op een eigen terpje aan het eind van een bomenrijke laan. Onderzoek in de jaren ’90 van de twintigste eeuw, leerde dat op die in één keer opgeworpen terp zo rond 1390 een eenvoudig gebouw werd neergezet. Uiteindelijk zou dit kerkje onder zijn eigen gewicht van de terp afzakken en als bouwval gesloopt worden aan het eind van de achttiende eeuw. Het nieuwe gebouwtje dateert dan ook uit die tijd.Frans Diederik.
Dit verhaal maakt onderdeel uit van de campagne voor het nieuwe archeologiecentrum Het Huis van Hilde.
Publicatiedatum: 06/10/2011
Vul deze informatie aan of geef een reactie.