3 min
Martin Veen
Martin Veen
Al vrij snel werd Martin ook in zijn woonplaats (Gorinchem) actief. Op zijn 18e richtte hij met enkele vrienden een stichting op, met als doelstelling archeologisch en historisch onderzoek te verrichten en een archeologische collectie van Gorkumse bodemvondsten bijeen te brengen. Behalve dat hij de afgelopen jaren bijna bij elke opgraving in Gorinchem betrokken was, richtte hij tentoonstellingen in, en beheerde hij samen met een groep vrijwilligers de gemeentelijke archeologische collectie (dat doet hij overigens nog steeds 1 dag per week). Ook werd hij bestuurlijk betrokken bij het ontwikkelen van een gemeentelijk archeologiebeleid. In 2004 kreeg hij voor zijn inzet een bijzondere onderscheiding.Voor zijn werk koos Martin uiteindelijk niet voor de archeologie. Hij ging de archiefwereld in. Via het ministerie van WVC en de Rijksdienst Kastelenbeheer werkte hij vervolgens als hoofd van het archief van het Rijksmuseum en Rijkswaterstaat. Daarnaast was hij jarenlang lid van het bestuur van Slot Loevestein.”Nu al weer 10 jaar geleden werd ik benaderd of ik interesse had om als depotbeheerder voor de provincie aan de slag te gaan. Dat klonk natuurlijk fantastisch, maar bij een reorganisatie van de provincie was de bijbehorende formatieplaats verdwenen. Men kon mij dus niet zo maar aannemen. Toen is het gelukt dat ik door mijn toenmalige werkgever (Rijkswaterstaat) aan de provincie werd “uitgeleend”. Na twee jaar kwam er toch een formatieplaats vrij en zo kwam ik in 2007 als “provinciaal ambtenaar” in het gebouw Mercurius in Wormer te werken”, aldus Martin.Dit gebouw Mercurius (de plaats waar ooit de Lassie Toverrijst werd ontwikkeld) werd in 1996 door de provincie omgebouwd tot provinciaal depot voor bodemvondsten. Hiermee vervulde de provincie haar wettelijke taak als beheerder/eigenaar van alle archeologische bodemvondsten uit Noord-Holland. “Bij opening was Mercurius een van de meest moderne depots van Nederland. Helaas voldoet het gebouw niet meer aan de huidige eisen. Bovendien zijn we uit ons jasje gegroeid en staat de collectie nu verspreid over drie locaties”.Dagelijks is een klein team druk met het beschrijven, fotograferen en verpakken van archeologische voorwerpen. De collecties zijn divers. Van ca. 30.000 jaar oude botten van dieren uit de Noordzee tot een Duitse soldatenhelm uit de Vecht. Alle gegevens worden verwerkt in een grote database, die binnenkort via het Internet voor iedereen toegankelijk zal zijn. Daarnaast beschikt het depot over een enorme collectie documentatie die nog slechts deels is gedigitaliseerd. “Er is de komende nog heel veel werk te doen. Naast dat archeologische bedrijven hun materiaal komen aanleveren (ongeveer een 125 meter dozen per jaar), doen we ook veel aan actieve verwerving. We proberen versnipperd geraakte collecties weer bijeen te brengen en soms nemen we een gehele collectie over ( zoals in 2013 de archeologische collectie uit het Museum Hilversum)””Onze taak is tweeledig: we zorgen ervoor dat alle collecties voor de toekomst behouden blijven, maar vooral ook dat alle vondsten en opgravingsdocumentatie zowel voor de wetenschap als voor een zo ruim mogelijk publiek beschikbaar zijn ” .”Het behoud van de collectie is vooral ook belangrijk omdat de wetenschap niet stil staat. Zo had niemand 20 jaar geleden bedacht dat men DNA onderzoek kon uitvoeren op een 2000 jaar oud skelet. Tegenwoordig is dit geen probleem en omdat we dit materiaal uit het verleden nog ter beschikking hebben, kunnen we die nieuwe methodes alsnog toepassen. Over 20 jaar zal men weer andere methodes hebben ontwikkeld en zal men hopelijk opnieuw blij zijn dat we nu ons best doen om alles zo optimaal mogelijk te bewaren”.Het nieuwe depot in Huis van Hilde voldoet aan alle moderne eisen en biedt voorlopig voor de komende 25 jaar voldoende ruimte om alle vondsten en documentatie te kunnen bewaren. Op dit moment is Martin samen met zijn team druk met de voorbereiding op de verhuizing. De gehele maand november zullen zes verhuiswagens dagelijks tussen Wormer en Castricum op en neer rijden…
Publicatiedatum: 17/09/2014
Vul deze informatie aan of geef een reactie.