Dam met Overtoom te Zaandam
Schilderij uit de eerste helft van de 18de eeuw, vervaardiger J.J. Keyser, collectie Zaans Museum
Dam met Overtoom te Zaandam
Tekst Scheltema 1814
Dit een en ander was door den Czaar bezorgd op den derden van Herfstmaand, wanneer hij te Zaandam was genoodigd, dewijl er wederom een schip zoude overgewonden worden. Men strooide in het algemeen uit, dat de Vorst bedankt had, en niet komen zoude, om hierdoor den toevloed van nieuwsgierigen voor te komen. Hij kwam met den boeijer aan bij de oostzijde, zag den toestel der blokken en touwen, en alles wat voor dit gewigtig werk in gereedheid was gebragt. Toen men bezig was met winden, ging hij in een ijzerwinkel, en kocht aldaar, onder gestadige moeite met nieuwsgierigen, die in het voorhuis kwamen, doch weldra het zelve moesten verlaten, wederom veel gereedschap, het welk hij zelf naar den boeijer bragt, en, tegen de order, over de gespannene touwen. Hier bij te rug gekomen beziet, hij alles nog eens met de meeste aandacht, doch het winden duurde hem te lang; hij loopt naar den boeijer, haalt het zeil op, maakt het nat, aanvaardt het roer, doet de touwen los maken, en vaart heen zonder het kantelen en het afloopen van ‘t schip af te wachten.
Bij den maaltijd werden de Czaar en d’n Czarin door den predikant, Gerardus van Aalst, in korte bewoordingen begroet, het welk met beleefdheid werd beantwoord. De maaltijd duurde zoo lang, dat men niet veel van het overwinden van het schip konde zien. Het gezelschap begaf zich naar het huis van Aaltje Walingius, weduwe van Arend Klaaszoon Bloem, aan den hoogendijk voor den overtoom, om het afloopen van het schip van daar te aanschouwen; doch nu was door het lang wachten het getij verloopen en het schip bleef in den modder steken. De Czaar en de Czarin haastten zich vervolgens zoo bijzonder met hun vertrek, dat verscheidene personen met hen afgereisd, niet met de jagten konden vertrekken en eene andere gelegenheid moesten zoeken.
Publicatiedatum: 01/03/2013
Vul deze informatie aan of geef een reactie.