Turkse Moskee in Haarlem
Turkse Moskee in Haarlem
Gastarbeiders en gezinshereniging
Sinds de vroege jaren zestig is de Turkse gemeenschap in Haarlem snel gegroeid. Die gemeenschap telt inmiddels bijna zesduizend leden en vormt daarmee de grootste groep allochtonen in de Spaarnestad. De meeste Turken die in de jaren zestig naar Nederland kwamen, waren zogenaamde ‘gastarbeiders. In Haarlem en omgeving vonden ze werk bij de Hoogovens, Kousenfabriek Hin, de Drukkerij Enschede en bij Droste Cacaofabriek. Een groot deel van de Turken in Haarlem komt uit het district Emirdag, provincie Afyon. Dat ligt ongeveer in het midden van het westelijk deel van Turkije. Overigens komen ook de Turken in Velsen (en Zeeuws Vlaanderen) voor het overgrote deel uit Emirdag. Dit soort concentraties is erg gebruikelijk. Ze ontstaan doordat bedrijven gericht in een bepaalde regio blijven werven en omdat in Nederland gevestigde Turken contact houden met hun geboortestreek. Ze kunnen zo familie en kennissen wijzen op werkgelegenheid in regio. Ten slotte is de Turkse gemeenschap sterk gegroeid door de gezinshereniging in het begin van de jaren tachtig.
Migranten en religie
Door immigratie zijn in Nederland nieuwe kerkgenootschappen en religies gekomen. De Lutherse, de Waalse en tot op zekere hoogte de Doopsgezinde kerken in Haarlem ontstonden door immigratie. Dat geldt ook voor de Joodse synagoge. Door de immigratie van Turken en Marokkanen zijn nu de moskeeën nieuwe voorbeelden van ‘migranten kerken’. In het begin van de jaren zestig waren er nog maar weinig Turken in Haarlem en die richtten thuis, dat wil zeggen: meestal in een pensionkamer, hun gebeden tot Allah. Bij bedrijven waar meer en meer Turken kwamen te werken, stelden de werkgevers ruimtes ter beschikking voor het houden van gebedsbijeenkomsten. In de jaren zeventig hadden Turken en Marokkanen een gezamenlijke gebedsruimte in Haarlem. In 1979 kocht de Stichting Turks Islamitisch Centrum voor 260.000 gulden het pand aan de Koningsteinstraat. Sindsdien doet dit gebouw dienst als Turkse Moskee. Uit de koopakte blijkt duidelijk dat het initiatief tot stichting van een Moskee van onderaf kwam. Alle bestuursleden staan daarin met naam vermeld en zonder uitzondering gaven ze als beroep op: ‘arbeider’.
Turkse Moskee in Haarlem – interieur
Turkse Moskee in Haarlem – interieur
Moskee als plaats voor religie en samenkomst
De moskee doet in de eerste plaats dienst als gebedsruimte. Aan het wekelijkse vrijdagmiddaggebed wordt door velen deelgenomen. Ook bij de religieuze feesten aan het eind van de ramadan, het Suikerfeest, en bij het offerfeest is de moskee in de Koningsteinstraat het trefpunt voor veel Haarlemse Turken. Voor de religieuze leiding en verzorging van de gelovigen is aan de moskee een imam verbonden. De imams voor de in het buitenland wonende Turken worden beschikbaar gesteld door het Departement van Religieuze Zaken van de Turkse overheid. In Nederland worden ze door de Islamitische Stichting Nederland toegewezen aan de moskeeën. Ze blijven meestal vier jaar. Het bestuur van een moskee kan overigens om een andere imam vragen als die om een of andere reden niet bevalt.
De moskee is echter ook een ontmoetingsruimte, er is een school aan verbonden en een kleine bibliotheek. In de ontmoetingsruimte wordt gebiljart, koffie gedronken, gepraat en in het weekend naar de voetbalwedstrijden op de Turkse televisie gekeken. Het moskeebestuur verzorgt voorlichtingsbijeenkomsten over bijvoorbeeld bejaardenvoorzieningen, de WAO en nog veel meer. In de schoolruimte wordt les gegeven in het lezen en begrijpen van de koran en men kan er ook taalcursussen volgen en met computers leren omgaan. Financieel wordt de moskee in stand gehouden door een lidmaatschapscontributie van minimaal zestig gulden per lid, door andere bijdragen en door de verkoop van boeken en consumpties.Dit item maakt onderdeel uit van de route ‘Migranten in Haarlem en Kennemerland’
Bronnen
Jeroen Doomernik, Turkse moskeeën en maatschappelijke participatie. De institutionalisering van de Turkse islam in Nederland en de Duitse Bondsrepubliek (Amsterdam 1991).
Arslan Karagül en Kees Wagtendonk, De Imams. Hun taak, hun functie en hun opleiding (Den Haag 1994).
Publicatiedatum: 11/12/2010
Vul deze informatie aan of geef een reactie.